[ photo: Hfst 3 Geneagram 2018 | Stichting Familie Twaalfhoven ]

Andere Twaalfhovens uit de zeventiende en achttiende eeuw

Jan Gerritsz Twaalfhoven te Wilnis, zijn voor- en nageslacht

In de tweede voorlopige uitgave van een genealogie Twaalfhoven, uit 1997, is Jan Gerritsz Twaalfhoven opgenomen als zoon van Gerrit Dirksz Twaalfhoven en Maria van der Hoeven, die in mei 1712 te Zwammerdam trouwden. Het leek plausibel, maar bij de voorbereidingen voor dit boek bleek deze opvatting niet houdbaar te zijn. Jan Gerritsz Twaalfhoven trouwde namelijk in januari 1720 te Mijdrecht. Zelfs als hij op de trouwdag van het Zwammerdamse paar geboren was, zou hij dus bij zijn huwelijk niet ouder dan zeven jaar kunnen zijn.

Dit betekent dat omgezien moet worden naar andere voorouders voor Jan. Een dergelijke zoekactie begint met het verzamelen van zoveel mogelijk gegevens van de oudst bewezen voorvader. Dit begin is gemaakt en het resultaat is verwerkt in het nu volgende overzicht, waarin voorshands de plaatsing van Jan in de achtste generatie is gehandhaafd. Het overzicht is op dezelfde wijze uitgewerkt als de andere takken in het hierachter volgende hoofdstuk IV.

VIIIa Jan Gerritsz Twaalfhoven, boer, woont te Wilnis en bezit daar land ten westen van de Heymanswetering (1730, 1737, 1740), schepen van het gerecht Wilnis (1730-1734), † tussen 6 juli 1755 en 1763, tr. in de r.k. parochie Mijdrecht 30 jan. 1720 Antje Fransen.

Jan Gerritsz Twaalfhoven wordt, met familienaam, in de kohieren van de omslag van de dorpslasten van Wilnis voor het eerst genoemd in 1724. Zijn naam en het bedrag dat hij als gezinshoofd moet betalen zijn met latere hand bijgeschreven. Dat kan betekenen dat het gezin eerst elders woonde (Mijdrecht?), maar ook is het mogelijk dat het aanvankelijk inwoonde bij een ander. De kohieren uit 1725 t/m 1727 ontbreken, maar vanaf 1728 wordt hij steeds vermeld, tot en met 1762. Het is onzeker of hij inderdaad tot dat jaar heeft geleefd. In 1763 verschijnt zijn zoon Cornelis in het kohier; hij trouwt in dat jaar en blijft te Wilnis wonen.

Behalve als gezinshoofd wordt Jan vanaf 1728 ook aangeslagen als eigenaar of gebruiker van 17 morgen en 240 roeden land in de polder Bewesten Heynoomsvaart te Wilnis. Het land stond tevoren te boek als ‘Dalenoort’. Of hiermee de boerderijnaam of een persoon wordt aangeduid blijkt aanvankelijk niet. De naam Jan Gerritsz Twaalfhoven is in het kohier van 1728 later bijgeschreven en in 1729 en 1730 staat er weer alleen ‘Dalenoort’, zodat het misschien toch een boerderijnaam was. Van 1731 t/m 1747 zijn geen rekeningen bewaard gebleven, maar daarna staat Twaalfhoven er weer in.

De overdrachten van onroerend goed zijn bewaard gebleven vanaf 1730. In de periode februari 1730 tot februari 1734 wordt hij voortdurend vermeld als schepen in het gerecht, waarvoor dergelijke transacties passeerden. Hij tekent steeds met een kruisje.21 Al in de tweede akte uit het register wordt land overgedragen in de polder ten westen van Heynoomsvaart dat grenst aan land van Jan Gerritsz Twaalfhoven. Als partij komt hij pas aan bod in februari 1749, wanneer hij vier kampen van zijn land, samen zeven morgen groot, overdraagt nadat hij het voor 421 gulden 10 stuivers verkocht heeft. Het wordt ten zuiden begrensd door zijn eigen land.22 In de kohieren van de omslag wordt hij dientengevolge daarna steeds voor 10 morgen 240 roeden aangeslagen. Met dit land – en als gezinshoofd – wordt Jan voor het laatst vermeld in het kohier van 1761/’62. In 1763 staan nog wel de 10 morgen 240 roeden land op naam van Jan Gerritsz Twaalfhoven, maar als gezinshoofd wordt Cornelis Twaalfhoven aangeslagen. Onder de naam van Jan staan echter die van Cornelis van der Spit en Dirk Geneugelijk geschreven. Misschien waren zij de nieuwe pachters. Van de 10 morgen 240 roeden is geen transport gevonden.

Het land dat Jan Gerritsz Twaalfhoven in februari 1749 transporteerde, wordt tengevolge van het overlijden van de koper in juli 1749 opnieuw getransporteerd. De belendingen zijn ongewijzigd ten opzichte van februari daarvóór.

Opmerkelijk is een contract van 6 juli 1755, verleden voor de notaris te Wilnis, waarbij Jan Gerritsz Twaalfhoven, wonende te Wilnis, voor de duur van een jaar een huis, erf, berg en schuur met 20 morgen wei- en hooiland (uitgezonderd het houtgewas daarop) huurt van de te Mijdrecht wonende Jan Mulder, secretaris van Mijdrecht, Thamen, Wilnis en Westveen. Tevens huurt hij van hem zes melkkoeien. De boerderij met het land lag onder Wilnis en was ‘de huurder zeer wel bekend en daarom niet nader omschreven’.23 Latere of eerdere pachtcontracten van dezelfde boerderij zijn in de minuten van deze notaris niet gevonden. Pachtte hij deze boerderij misschien voor zijn zoon Cornelis?

Bij dezelfde notaris treedt Jan op 14 december 1754 op als voogd van de minderjarige kinderen van Pieter Pietersz Verbaen. Hij is door deze op 9 juli 1751 ten overstaan van notaris G. van Ette te Mijdrecht met Jacob Verlaen als zodanig benoemd. Omdat Verlaen is overleden, benoemt Twaalfhoven in diens plaats Willem Pietersz Verbaen tot medevoogd.

In een transport d.d. 3 mei 1756 van een boerderij met land in negen percelen, waarvan zeven te Velde en twee aan de Veenzijde, wordt als zuidelijke belending van twee percelen de weduwe van Jan Gerritsz genoemd. Omdat de boerderij in de polder Bewesten Heynoomsvaart lag, kan het om de weduwe Twaalfhoven gaan. Zeker is dat echter niet. (foto 3.5, 3.6)

Er is tot dusverre geen enkele aanwijzing gevonden wie de ouders waren van Jan Gerritsz Twaalfhoven. De enige andere Twaalfhoven die in zijn tijd in Wilnis wordt genoemd is de hierboven vermelde Gerrit Huybertsz Twaalfhoven.

Opvallend is dat aan de namen van de kinderen ook geen aanwijzingen te ontlenen zijn. Jan Gerritsz en Anna of Annetje Fransen hebben geen Gerrit en geen Frans. De namen Jacob en Claas(je) komen dan nog niet of nauwelijks voor in de familie Twaalfhoven; resten de namen Cornelis en Neeltje, die echter ook nog tot niets geleid hebben.

In de oudste r.k. doop- en trouwinschrijvingen van de parochie Mijdrecht, die begonnen zijn in 1707, komen nog nauwelijks familienamen voor. Ouders en getuigen worden vrijwel steeds met naam en patroniem vermeld. Onder de getuigen zijn er enkelen die telkens weer optreden, waarschijnlijk omdat zij regelmatig in de kerk te vinden waren. Er kunnen echter ook familieleden onder zijn. Daarom volgen hier hun namen met de jaren waarin zij getuige zijn bij de doop van een van de kinderen Twaalfhoven: 1723 Maritie Gerts, 1725 Geertie Gijsen, 1726 Neeltien Hendricks, 1729 Jannetie Jans, 1731 Marchien Hendrics, 1734 Jannitje Jans van 3huyse, 1737 Pietertje Roele. Bij het huwelijk in 1720 waren Hilletie Boot en Aeltien Jans getuigen. Hilletie Boot trad vaker als zodanig op. De vader wordt meestal als Jan Gertsen aangeduid, de moeder als Anna Fransen. Alleen bij de doop van het jongste kind wordt hij met familienaam aangeduid: Jan Gerritsz 12hoven. Pogingen om Anna Fransen in een familieverband te plaatsen hebben tot niets geleid.

Uit dit huwelijk:

  1. Jacob Twaalfhoven, ged. Mijdrecht 31 dec. 1723.
  2. Claas Twaalfhoven, ged. Mijdrecht 2 maart 1725.
  3. Crelis (Cornelis) Twaalfhoven, volgt IXa, tak A.
  4. Claas Twaalfhoven, ged. Mijdrecht 6 aug. 1729.
  5. Neeltie Twaalfhoven, ged. Mijdrecht 31 maart 1731.
  6. Jacobus Twaalfhoven, volgt IXb, tak B.
  7. Nicolaa (Claasje) Jansdr Twaalfhoven, ged. Mijdrecht 16 mei 1737.
[ photo: 3.5 | Stichting Familie Twaalfhoven ]
Foto 3.5
[ photo: 3.6 | Stichting Familie Twaalfhoven ]
Foto 3.6

Voetnoten

21RHCVV, Dorpsgerecht Wilnis nr. 2323.
22Dorpsgerecht Wilnis nr. 2324.
23Not. Wilnis nr. 2456.

Index